De Chabo is afkomstig uit Japan. Volgens Van Ijzendijk (1992) is dit ras genoemd naar het koninkrijk Champa of Chiyanpa, dat tussen de 2de en 17de eeuw in het Zuidoosten van Indo-china lag. Door zijn potsierlijke vorm is dit ras zeer populair. Ondanks de grote verscheidenheid aan rassen in Japan, zijn de Chabo's het synoniem voor de Japanse fokkerskunst. Het is zonder twijfel het schilderachtigste en opvallendste ras binnen de internationale dwerghoenderfokkerij. Hoe apart dit ras wel is vat Michel (1995) als volgt samen: 'Van de ongeveer 1200 hoenderrassen op deze aarde heeft niet één zoveel bijzondere kenmerken als de chabo' s. Geen enkel ander ras heeft zo weinig ruimte nodig als de chabo's, maar ook is er geen enkel ras dat zo weinig onderzocht is en op grond van vele mysteries nog genoeg wetenschappelijk werk biedt.' En Hagan (1997) kwam op 20 verschillende criteria waarin dit ras afwijkt van normale hoenders en waarmee dus rekening moet gehouden worden bij de fok, selectie en beoordeling. Een haantje weegt 625 tot 725 gram en een hennetje weegt 575 tot 625 gram.